Lesuitval is niet te vermijden in het voortgezet onderwijs. Naast onderwijs heeft de school ook een vormingsopdracht. Kinderen worden jongvolwassenen die in staat moeten zijn om in vervolgonderwijs en beroep in onze internationale maatschappij hun mannetje te staan. Naast lessen zijn er daarom introductieactiviteiten, bezinningsdagen, reizen, uitwisselingen, projecten en excursies. Hier zijn docenten voor nodig die op dat moment geen lessen kunnen verzorgen. Deze worden zoveel mogelijk in drie breakweken aangeboden om rust te creëren in de overige weken.

Ook lesuitval als gevolg van schoolexamens, nascholingen en rapportvergaderingen is niet altijd te voorkomen. Het aantal toetsweken beperken we in de onderbouw bewust. Afwezigheid van docenten door ziekte, nascholing of persoonlijke omstandigheden kan helaas voorkomen. Alle leerlingen kunnen, als een docent afwezig is, zelfstandig gaan studeren in de aula of het OLC.
Bij langdurige ziekte van docenten is het vrijwel onmogelijk tot onmiddellijke vervanging over te gaan, omdat wettelijke bepalingen of krapte op de arbeidsmarkt een langdurige procedure met zich meebrengen. Binnen het team proberen we vaak een oplossing te vinden.

Als school zijn wij gehouden de wettelijke onderwijstijd te verzorgen. In onze jaaragenda plannen wij zoveel onderwijstijd, dat hieraan voldaan wordt, ook als er een (klein) percentage lessen ten gevolge van niet structurele lesuitval niet door kan gaan.