‘Wilde Hitchcock daarom vanaf hier een opname, wilde hij de stad laten zien als een droom? Een beeld van verlatenheid?’
Hotel Vertigo, een klassieke roman geschreven door Kees ’t Hart, heeft bij menig publiek een diepe indruk achtergelaten en zo ook bij mij. Het boek vertelt het verhaal van de Nederlandse scholier Vincent van Zandt, die eind jaren vijftig in San Francisco belandt via een uitwisselingsproject vanuit zijn middelbare school. Hij komt terecht in een pleeggezin dat op het eerste gezicht oprecht zorgzaam en enthousiast lijkt te zijn, maar al snel wordt hun Nederlandse pleegzoon aan de kant geschoven voor een opkomende beweging waarvan zij de leiders zijn: Synanon. Deze beweging biedt onderdak aan verslaafden en door middel van de zogenaamde ‘Games’ helpen ze elkaar om van hun verslaving af te komen. Vincent leert in deze tijd Lee Jones kennen, een ex-verslaafde waar hij hopeloos verliefd op wordt. Samen belanden ze bij the second unit van Vertigo, geregisseerd door Alfred Hitchcock. Pas zo’n vijftig jaar later keert Vincent terug naar Amerika, op zoek naar zijn verloren jeugdliefde, zijn verloren idealen en zijn verleden.
Het absolute hoogtepunt voor mij in dit boek waren de absurde obsessies waar Vincent mee kampte. Niet alleen in zijn jeugd, wanneer hij geobsedeerd is door onder andere Hitchcock, tekenen en meisjes, maar ook wanneer hij als gepensioneerde man terugkeert naar Amerika en opnieuw obsessief op zoek gaat naar personen uit het verleden. Alles waar Vincent zich voor interesseert wordt tot het extreme gedreven en vormt zo telkens een obsessie. ’t Hart verwoordt en verbeeldt daarmee deze, soms obscene obsessies, die gestoord maar desondanks toch realistisch zijn, op een, in mijn ogen, voortreffelijke manier.
Daarnaast vind ik de onderliggende gedachten van het verhaal aangrijpend. Het boek laat op een subtiele manier zien hoe je als tiener gevormd wordt in een stad als San Francisco. De stemmingswisselingen van Vincent waren daarom heel reëel: het ene moment voelde hij zich eenzaam en in de steek gelaten, het andere moment voelde hij zich euforisch en gelukkig. Ook is de manier waarop hij zich verplaatst in de gedachtegang van Hitchcock erg interessant om te lezen.
Verder vind ik de opbouw van het verhaal erg sterk. De spanning wordt opgebouwd door het plot helemaal tot het einde uit te stellen. Naarmate het verhaal vordert, krijg je steeds meer informatie over zijn zoektocht naar Lee, maar ook over wat er destijds precies is gebeurd tijdens zijn verblijf in Amerika. Ook houden de voortdurende wisselingen tussen heden en verleden je scherp en geïnteresseerd, al was het soms wat verwarrend.
Het kritische oog heeft echter ook wat punten als minder goed ervaren. Zo waren de, voornamelijk zakelijke, dialogen vaak langdradig en niet erg relevant voor het verhaal. De personages waarmee Vincent deze gesprekken voerde waren vaak oppervlakkig, waardoor het verhaal niet altijd evenveel diepgang had. Dit vond ik jammer, omdat juist de diepgang een verhaal interessant maakt voor mij.
Ook was het einde voor mij een onverwachte tegenvaller. Ik snapte niet goed waarom alle (onbelangrijke) personages ineens bij elkaar kwamen. Daarbij wist ik van veel personages niet meer wat de link was met Vincent in het verhaal, omdat er heel veel namen met vlakke karakters in het boek voorkwamen.
Al met al vond ik het boek mooier en vooral treffender dan ik van tevoren had gedacht. Zo vind ik de opbouw en de omschreven karaktertrekken van Vincent erg goed uitgedacht en in elkaar gezet. Het was echter teleurstellend dat er naar mijn idee niet altijd voldoende diepgang in het verhaal zat, maar ruimte voor verbetering is er altijd. Kees ’t Hart heeft met dit boek zichzelf meer dan voldoende bewezen als zijnde een boeiende en inspirerende schrijver.
Door: Fabienne Zimniak, TVWO5 Publiek: algemeen/volwassenen