Een ‘date ‘ met Jack de Smit was zo geregeld. Hij kwam zelfs speciaal een uur eerder naar school voor een interview over zijn leven als leraar. Binnenkort komt er een einde aan zijn onderwijscarrière, want Jack gaat vanwege lichamelijke ongemakken, genieten van zijn pensioen. In de gang, nog voor ik één vraag heb kunnen stellen, begint hij al te vertellen.
“Tien jaar lang werkte ik na mijn opleiding werktuigbouwkunde als tekenaar/ constructeur in een bierbrouwerij in Breda. Ik sloeg er mijn vrouw Saskia aan de haak en na het sluiten van een ‘brouwerijhuwelijk’ in 1978 haalde ik in de avonduren mijn onderwijsbevoegdheid.”
“ Ik fietste wat af in die tijd,” vertelt hij. “ ’s Ochtends trapte ik van Dongen naar Breda om te gaan werken en dan fietste ik ’s avonds naar Tilburg om de aktes wiskunde en natuurkunde te halen.”
“In 1979 belandde ik na mijn stage op de Gemeentelijk Technische School in Klundert, “ vervolgt hij. “Dat was een totaal andere tijd: het was een christelijke school en van mij werd verwacht dat ik op maandagochtend de weekopening deed. De directeur zat dan achter de piano en wij zongen psalmen. De avond ervoor oefende ik hard met Saskia, want ik wilde graag goed voorbereid zijn. In die tijd was ik mentor van een klas die na schooltijd een vliegtuig zag neerstorten in Moerdijk.’’ Jack is nog aangedaan als hij terugdenkt aan die tijd. “Ik reed naar huis, het werd ineens pikkedonker, de lucht werd groen…: er bleek een vliegtuig te zijn neergestort. Kinderen aan wie ik net nog lesgegeven had, zagen het gebeuren. Het was mijn taak als mentor om ze te helpen dat trauma te verwerken.”
In de jaren die volgden doceerde Jack ook nog aan de Koninklijke Juliana Mavo in Klundert. In 1984 belandde hij op De Pijler, ook bekend als gebouw D, in Dongen. Na de fusie werd hij docent aan het Cambreur College. ‘’Ik heb nooit spijt gehad van mijn keuze voor het onderwijs. Ik sta graag tussen de leerlingen. Ze begeleiden, ze een steuntje in de rug geven, dat vind ik belangrijk. Inmiddels is er wel een generatieverschil, maar volgens mij geen generatiekloof, want ik ben altijd jong van geest gebleven. Alleen dat telefoonmisbruik….,” verzucht hij.
Jack zou Jack niet zijn als hij ook dit gesprek niet uitvoerig had voorbereid. Hij printte een overzicht van zijn loopbaan voor me en op tafel ligt een prachtig fotoboek van Nepal ter illustratie klaar. “Bij de reizen naar Nepal wordt pas echt goed duidelijk dat Jack alles doet voor zijn leerlingen,’’ aldus collega en reisgenoot Ton Bertens. “Hij cijfert zichzelf dan helemaal weg, voor alle problemen zoekt hij een oplossing. Bij de laatste reis had een aantal leerlingen last van heimwee, “ illustreert Ton. “Jack kwam meteen met het idee om de volgende avond met z’n allen bij elkaar te gaan zitten en wat spelletjes te gaan doen. Wat chips en cola erbij en na enkele dagen was het probleem opgelost.” Hoe zeer leerlingen dit waarderen blijkt wel uit de brief die Hanne Mulder schreef om Jack en Ton te bedanken voor deze prachtige reis. “ Hoe cliché het misschien ook is, ik denk nog iedere dag terug aan de reis naar Nepal. Jullie zijn zoveel meer dan wiskundeleraren. Niet alleen zetten jullie je in voor een goed doel, ook hebben jullie het vermogen om anderen een veilig gevoel te geven en dat is nog veel belangrijker dan iets uit kunnen leggen, vind ik. Ooit ga ik terug, kijk ik om me heen en voelt het als thuis. Maar helemaal als thuis zal het niet voelen, want een groot onderdeel daarvan zijn jullie.”
Ook bij Jack zit de liefde voor Nepal diep. Na zijn pensionering gaat hij terug: deze keer niet met leerlingen van onze school, maar met zijn andere grote liefde, Saskia. Ook heeft hij vergevorderde plannen om naar Santiago de Compostela te fietsen, want ook de fiets loopt als een rode draad door zijn leven. “ Ik ga vooral de leerlingen missen, kinderen van wie je weet dat ze het moeilijk hebben. Ik heb een mooie tijd gehad, mijn schooltje, het Cambreur, zit in mijn hart”, zo besluit hij.